Covid-19 wordt voornamelijk verspreid via druppels. Een overdragingsmogelijkheid via de lucht is afhankelijk van verschillende parameters, zoals het aantal virusdeeltjes, verblijfsduur in de lucht, temperatuur en luchtvochtigheid. Vooral binnen biedt de bekende 1,5 m afstand niet onder alle omstandigheden voldoende veiligheid en kan ook niet altijd worden gehandhaafd. Voldoende verse buitenlucht zorgt ervoor dat virusdeeltjes worden afgevoerd en ververst en daarmee de concentratie in een ruimte wordt gereduceerd. Verspreiding via luchtbehandelingssystemen wordt dan irrelevant, want door verdunning van de lucht worden de risico's juist verkleind. Als leverancier van luchtbehandeling- en ventilatiesystemen zien wij het als een verplichting om onze kennis met u te delen en de adviezen die gegeven worden door REHVA, RIVM, PoRaad/VoRaad kenbaar te maken met u als adviseur, installateur en eindgebruiker. Wij willen u antwoord geven op de meest gestelde vragen. Daarbij volgen we uiteraard de richtlijnen met toegevoegd ons advies.
De genoemde maatregelen zijn algemene maatregelen en gebaseerd op de op dit moment bekend zijnde protocollen en richtlijnen. Aan deze informatie kunnen dan ook geen rechten ontleend worden.
Er is momenteel geen bewijs voor een mogelijke overdracht van coronavirussen via luchtbehandelingssystemen. In principe kan dit worden vastgesteld: De belangrijkste transmissieweg van Covid-19 pathogenen is druppelinfectie. De mogelijkheid van overdracht via de lucht hangt af van verschillende parameters, zoals het aantal virussen per druppel, de tijd die ze in de lucht blijven, de temperatuur en de luchtvochtigheid.
Deskundigen zijn het erover eens dat een goede ventilatie met verse buitenlucht het risico op infecties zal verminderen. Naast een technisch volwassen systeem en de juiste planning en installatie, zijn de voorwaarden voor een veilige en hygiënische werking vooral een goede werking met regelmatig onderhoud. Als deze punten worden nageleefd, is er volgens deskundigen geen verhoogd risico op besmetting door luchtbehandelingssystemen.
Door de revisiegegevens van de installatie te controleren, de opbouw van de luchtbehandelingskast en het kanalensysteem te laten inspecteren door een luchttechnicus. Dit kan beoordelen of er kans is op recirculatie of menging van luchtstromen. Bij twijfel of de revisiestukken kloppen dan is een inspectie ter plekke noodzakelijk. Ook is het belangrijk om te kijken naar het ventilatievoud en de bezetting van de ruimtes.
Bij de vraag of coronavirussen door de filters van airconditioningsystemen kunnen worden gefilterd, moet eerst worden gekeken naar de grootte van de virussen. In tegenstelling tot bacteriën, die met 1-10µm relatief groot zijn en daarom goed gescheiden worden door de fijnstoffilters met klasse ePM1, zijn virussen veel kleiner. Het coronavirus is ongeveer 0,16µm groot. Virussen zijn echter meestal gebonden aan aërosolen of stofdeeltjes. Ze worden voornamelijk overgedragen door een druppelinfectie. Druppels die door mensen worden uitgestoten hebben een grootte van 0,5 tot ongeveer 15µm. Van andere virussen is bekend dat druppels van 1µm groot genoeg zijn om een infectie te veroorzaken.
Met filters van de classificatie ePM1 worden deeltjes en aërosolen, d.w.z. druppels, gescheiden tot 1µm afhankelijk van de scheidingsgraad. Hoe hoger de afscheidingsgraad, hoe meer van deze druppels worden afgescheiden en dus in het filtermedium blijven. Bij het vervangen van filters tijdens het onderhoud moet u daarom altijd letten op de persoonlijke veiligheidsuitrusting (PBM's). Dit geldt echter ongeacht de huidige Covid-19-pandemie, aangezien het over het algemeen niet bekend is met welke stoffen een filter is geladen.
De relatieve luchtvochtigheid is van groot belang en kan het beste liggen tussen 40 en 60%.
Vaak wordt er nog gekeken naar het bouwbesluit. In het bouwbesluit staan de minimale eisen en hier wordt ook nog onderscheid gemaakt in bestaande gebouwen van voor 2012 en nieuwbouwregels. Wij adviseren op te ventileren op een luchthoeveelheid verse lucht van 60m3/pp/h. Volgens bouwbesluit zit dit advies op 25m3/pp/h en dit is veel lager dan door ons geadviseerd. Daarom is het verstandig te kijken naar de bezetting van de ruimtes.
In een verklaring van de REHVA zijn aanbevelingen gedaan voor de werking van airconditionings- en ventilatiesystemen tijdens de Covid 19-pandemie. Over het algemeen wordt aanbevolen dat de kamers ook in de huidige situatie goed geventileerd blijven. De relatieve luchtvochtigheid in de ruimte moet tussen ca. 30 en 65 procent liggen. Te weinig vocht tast de gevoelige slijmvliezen van de bovenste luchtwegen aan, die vatbaarder zijn voor virussen.
Servicewerkzaamheden moeten direct worden uitgevoerd.
Hiervoor verwijzen wij naar de vorige vraag. Een meetsysteem in het kanaal welke de luchthoeveelheid meet en daarnaast het CO² gehalte is ideaal.
Een twincoil en kruisstroom wisselaar hebben geen invloed, daarbij is altijd sprake van gebruik van 100% buitenlucht. Een warmtewiel mag volgens het nieuwste advies van REHVA blijven draaien. Uit wetenschappelijk onderzoek is inmiddels gebleken dat bij luchtlekkage in een warmtewiel vooral gassen worden doorgelaten, maar vrijwel geen deeltjes. Hierdoor is het risico dat virusdeeltjes meeliften op gelekte lucht heel beperkt en kunnen warmtewielen – mits goed ontworpen – gewoon in werking blijven. De warmtewielen van WOLF kunnen ook uitgevoerd zijn met ons gepatenteerde SuperSeal systeem waarbij we een 98% luchtdichtheid kunnen garanderen.
Voor recirculatie geldt dat we dit nu altijd afraden ook voor versneld opwarmen van het gebouw.
In woningen die niet zijn uitgevoerd met een ventilatiesysteem, adviseren wij om deuren en ramen regelmatig te openen en te zorgen voor natuurlijke ventilatie. Bij woningen met alleen een afzuigingsinstallatie adviseren wij om te zorgen dat er voldoende verse buitenlucht binnen kan komen. Bij woningen met een WTW-installatie adviseren wij om de installatie in de hoogste stand te laten draaien en te zorgen voor schone filters.
Nee, wij adviseren om te ventileren met minimaal een luchthoeveelheid van 60m3/pp/h.
Er zijn veel scholen (nog) niet uitgevoerd met een ventilatiesysteem. In een situatie zonder ventilatiesysteem is het belangrijk te voorkomen dat er lucht van het ene lokaal naar het andere overgebracht wordt, met name met tussengangen kan dit het geval zijn als je ramen en deuren tegen elkaar open zet. Probeer dan via de gang toch (mechanisch) toe te voeren. Eventueel met een tijdelijke overdrukventilator.
Indien er wel een ventilatiesysteem aanwezig is, controleer dan of deze niet recirculeert en zorg ervoor dat de ruimtes doorspoeld blijven. Zet de installatie niet uit, of desnoods ruim van te voren aan en laat ze ook doorspoelen nadat de ruimtes leeg zijn. Houd de 800 ppm grens aan en zorg daarnaast ook voor extra ventilatie door het openen van ramen en eventueel deuren.